Vanaf 2007 werden er in geheel Europa grenswaarden gesteld aan het aandeel vluchtige organische stoffen in verf. De grenswaarden golden voor decoratieve verven (voor bijvoorbeeld meubels en gebouwen) en verven die worden gebruikt voor het overspuiten van auto’s. Vanaf 2010 werden de grenswaarden voor decoratieve verven aangescherpt.
Sommige oudere verfsoorten zijn door gebruik van giftige pigmenten schadelijk. Zo werden kinderbedjes in het verleden geschilderd met loodwit. Ook cadmiumhoudende en arsenicumhoudende verfsoorten werden gebruikt.
Het loodwit is vervangen door titaandioxide en zinkoxide. De andere giftige pigmenten zijn vervangen door synthetische pigmenten. Desondanks kan zelfs ijzeroxide voor gezondheidsproblemen zorgen door overbelasting van de lever en een ijzerallergie. Bij het werken met verf is het niet genoeg om een mondkap voor te doen, via de huid dringt zelfs meer schadelijke stof ons systeem binnen.
Om de gezondheid van schilders te beschermen zijn er in Nederland grenswaarden gesteld aan het aandeel vluchtige organische stoffen bij het professionele gebruik van verf. Deze grenswaarden zijn voor enkele verfproducten iets scherper dan de nu voorgestelde Europese waarden, maar komen ongeveer overeen met die voor 2010.
Veelvuldige inhalatie (inademing) van deze vluchtige componenten leidt namelijk tot organisch psychosyndroom (OPS) ook wel bekend als schildersziekte. OPS is een verzamelnaam voor een aantal psychische aandoeningen waarbij het centraal zenuwstelsel verstoord is. Dit kan zich onder andere uiten in: verminderde aandacht, slecht geheugen, niet meer logisch kunnen denken, bewustzijnsverstoring, slecht kunnen rekenen,niet meer kunnen samenvatten, waarnemingsstoornissen en oriƫntatiestoornissen.
(bron : wikipedia)